Verzetsgroep Narda verraden
Groep Narda houdt zich vanaf 1943 bezig met hulp aan (Joodse) onderduikers, pilotenhulp en overvallen op distributiekantoren. Totdat de groep geïnfiltreerd wordt door Willem l’Ecluse. Op 2 oktober 1944 worden zes verzetsmannen en twee geallieerde piloten gefusilleerd op het terrein van het voormalige Apeldoornsche Bosch.


Collaboratie
Het Centraal Archief Bijzondere Rechtspleging (CABR) is een van de belangrijkste en meest geraadpleegde archieven over de Tweede Wereldoorlog. Het CABR bevat dossiers van ruim 400.000 mensen die verdacht werden van collaboratie. Niet iedereen van hen is voor een rechter verschenen of veroordeeld.
Op Oorlogsbronnen besteden we met een artikelenreeks aandacht aan dit bijzondere archief.
Namenlijst
Meinarda (Narda) van Terwisga leidt groep Narda, terwijl de verzetsgroep verder enkel uit mannen bestaat. Met haar eigen bedrijf leidt Narda mensen op in stenografie en machineschrijven. Hierbij ontmoet ze de Amsterdamse boekhouder Willem l’Ecluse, hij wordt opgenomen in de verzetsgroep. Willem werkt bij de Nederlandse Arbeidsdienst, waar hij namen uit de administratie verwijdert op verzoek van Narda. Ondertussen schrijft hij alle verzetscontacten op, inclusief naam en adres.


Verraden voor 200 gulden
Er ontstaat argwaan binnen de groep wanneer hij gezien wordt met de bezetter. Willem krijgt alleen nog maar onbeduidende opdrachten, waardoor hij aanvoelt dat hij ontdekt is. Voor 200 gulden geeft hij zijn informatie door aan de SD en verraadt Groep Narda.
Val
Op zaterdagochtend 30 september levert Willem een briefje af bij de moeder van Narda: ‘Kan je om één uur thuis zijn, ik kom dan even langs.' Niet Willem maar de SD komt langs, met de namenlijst. Het huis wordt een val: zes leden van Groep Narda worden gearresteerd en overgebracht naar het SD-hoofdkwartier van Apeldoorn.

Onverwachte vondst
Een van de leden van de verzetsgroep weet te ontkomen. Maar de SD vindt in het huis van zijn moeder, Juliana Catharina Bitter-van der Noordaa, twee ondergedoken geallieerde vliegers: de Britse boordwerktuigkundige Kenneth Ingram en de Amerikaanse luchtschutter Robert Zercher. Zij worden allemaal meegenomen.





Afschrikking
Nadat de zes verzetsmannen van Groep Narda en de twee vliegers in de ochtend van 2 oktober 1944 zijn gefusilleerd worden ze op straat neergelegd ter afschrikking. De lijken van Willem Karreman, Willem Johannes Aalders, Jan Schut, Daniel Hans Wijma, Jan Jozua Barendsen, Reinier van Gerrevink, Kenneth Ingram en Robert Zercher liggen op verschillende plekken in Apeldoorn. Er zit een wit kartonnen kaart met touw om hun hals met daarop de tekst ‘Terrorist’.

Ravensbrück
De twee vrouwen Narda en Juliana worden naar Kamp Ravensbrück getransporteerd. Hier overlijdt Juliana op 6 januari 1945. Narda gaat met de Witte Bussen van het Rode Kruis vanuit Ravensbrück naar Zweden en wordt daar verpleegd. Ze houdt haar hele leven last van de gevangenschap, zowel fysiek als mentaal. Narda overlijdt op 31 mei 1997 in verzorgingstehuis Casa Bonita in Apeldoorn.


Bijzondere Rechtspleging
Voor Willem krijgt het verraad nog een staartje. Hij moet verschijnen voor het Bijzonder Gerechtshof in Arnhem, kamer Zutphen, en wordt in eerste instantie veroordeeld tot de doodstraf. Omdat er niet alleen zes verzetsmensen zijn gefusilleerd ten gevolge van zijn verraad maar ook twee geallieerde vliegers is het een grote zaak. De geallieerden doen zelf uitgebreid onderzoek. Willems straf is door middel van gratie omgezet naar levenslang en in 1957 komt Willem vrij.


Nieuwe rechtszaak
Na zijn vrijlating laat Willem opnieuw van zich horen. Hij klaagt de communistische krant De Waarheid aan wegens smaad en laster. De krant heeft op 9 maart 1963 een stuk over hem gepubliceerd met de titel: ‘Van dodencel naar schoonheidssalon’. Zijn bedrijf wordt geboycot, er zijn stinkbommen naar binnen gegooid en hij wordt op straat en telefonisch bedreigd. Willem eist 100.000 gulden en laat beslag leggen op het gebouw Felix Meritis aan de Amsterdamse Keizersgracht, waar de redactie van de krant en het partijbestuur van de CPN gevestigd is. En Willem wint uiteindelijk, hij ontvangt duizend gulden van de stichting achter de krant.
Op 10 februari 2021 overlijdt Willem. Voor die tijd geeft hij nog een interview, te zien in De oorlog die nooit ophoudt: verzet, verraad, vervolgd.

