Van Haaftenpolder, 1859-1959
Inleiding De Van Haaftenpolder is gelegen aan de noordkant van het eiland Tholen langs de Eendracht tegenover het eiland St.Philipsland. De schorren, waaruit deze kleine polder -109 ha- is ontstaan, waren van de bedijking ten zuiden ervan (Hollarepolder) gescheiden door een brede doch ondiepe geul of kreek, genaamd het Stinkgat. Ze vormden dus een eiland, dat steeds in omvang toenam en in het midden der 19e eeuw voor bedijking in aanmerking kwam. De bedoelde opwas had reeds sedert de 13e eeuw de benaming "Rammegors". De eigenaars A.M. van Haaften te Sliedrecht en B.A. Kramer (destijds burgemeester van St. Philipsland) hadden de aanwas reeds vóór 1850 door aankoop verkregen. Aan hen werd in dat jaar vergunning verleend het eiland van een bekading te voorzien, met een kruinhoogte van 2 meter boven hoogwater, zodat deze bestand moest zijn tegen zomervloeden. De bedoeling hiervan was het eiland voor beweiding te gebruiken. De kade brak echter herhaaldelijk door, zodat dit geen succes kon worden genoemd. In 1852 werd een verzoek tot definitieve bedijking ingewilligd. De eigenaars namen de slikken en het water tussen de bekading en de Hollarepolder over van de Domeinen. De kade werd tot op zeedijkprofiel verzwaard. Het zuidelijk deel daarvan werd afgegraven en het Stinkgat aan beide zijden afgedamd, waardoor aansluiting aan de Hollarepolder werd verkregen. Het leggen van een gedeelte zeedijk werd zodoende bespaard en de oppervlakte van de nieuwe polder belangrijk vergroot. Van de totale oppervlakte kwam 95 ha aan de eigenaars en ca 14 ha aan de ambachtsgerechtigden van Vossemeer en Vrijberghe als vergoeding voor de aansluiting aan de in 1843 bedijkte Hollarepolder. Een der voorwaarden voor de concessie tot bedijking was om latere inpolderingen op het voorgelegen schor gelegenheid tot suatie te verlenen. Tot op heden is deze noodzaak niet opgetreden. De afwateringssituatie is overigens sindsdien zodanig gewijzigd, dat die gestelde voorwaarden thans van weinig betekenis meer zijn. De uitwatering van de Van Haaftenpolder vond plaats door een zeesluis in de dijk langs de Mosselkreek. Sedert 1960 worden de Van Haaftenpolder zowel als de Hollarepolder bemalen met een gemaaltje aan de zeedijk van de eerstgenoemde polder langs de Eendracht. Lit. A. Hollestelle-Geschied- en waterstaatkundige beschrijving van de waterschappen en polders in het eiland Tholen, 1919 blz. 636-638. M.H. Wilderom-Tussen afsluitdammen en deltadijken-deel II-Noord Zeeland, 1964, blz. 138.
- Archieven Zeeuws Archief
- Archief
- 3412
- Verkeer en Waterstaat
Bij bronnen vindt u soms teksten met termen die we tegenwoordig niet meer zouden gebruiken, omdat ze als kwetsend of uitsluitend worden ervaren.Lees meer