A.R. Staller: Dagboek (cahier en losse vellen, met potlood beschreven)
In 1944 wordt de eenentwintigjarige Amsterdammer Albert Staller als elektricien tewerkgesteld in Berlijn. Op een zondag in september ontmoet hij daar ene Marion: ‘We spraken om half zeven af in Cafe Wien, een groot cafe met muziek in Kurfürstendam, de gezelligste buurt in Berlijn naar mijn smaak. ’s Avonds dronken we in een gezellig hoekje een glaasje limonade surrogaat. Ze vond het verschrikkelijk dat ik in een lager woonde, gaf me bonnen brood, volle melk en fruit. We gingen gezellig gearmd naar de bios. Na afloop nog een cafe’tje waar radiomuziek en een warm interieur voor een aangename sfeer zorgde. We spraken voor de volgende Zondag af. Ik reed met de S-Bahn zo’n beetje zwevende naar huis.’ Maandag wacht hem op de fabriek echter een onaangename verrassing: een week later zal hij worden ‘verlagerd naar Schachtelhalm dichtbij de oude Poolse grens’ voor dwangarbeid in een fabriek van Daimler-Benz AG. Zijn afspraak met Marion staat echter nog: ‘De rest van de week verliep zoals altijd: werken en slapen, zo kwam de Zondag, die lang niet zo gezellig was als de vorige, nadat ik 2 uur in de rij had gestaan voor kaartjes, zat ik ’s middags tevergeefs in Cafe Wien op ‘‘haar’’ te wachten. De laatste Zondag in Berlijn was voor mij bedorven.’ Twee dagen later ziet Albert er nog de film ‘‘Glück bei Trauen’’ met Johan Heesters. Thuis, in het Lager, wacht zowaar een bericht van Marion: ‘Ze was zondag verhinderd geweest wat haar vreselijk speet en maakte tegelijk een afspraak voor de volgende Zondag. Ze had echter haar eigen adres niet vermeld, ik kon haar dus onmogelijk meer bereiken!!’ Vanaf de volgende dag is hij zo’n 200 kilometer van Marion vandaan: ‘De enigste hoop was nog het weekend naar Berlijn te kunnen. Ik zal haar wel nooit meer terugzien…’ In 1944 wordt de eenentwintigjarige Amsterdammer Albert Staller als elektricien tewerkgesteld in Berlijn. Op een zondag in september ontmoet hij daar ene Marion: ‘We spraken om half zeven af in Cafe Wien, een groot cafe met muziek in Kurfürstendam, de gezelligste buurt in Berlijn naar mijn smaak. ’s Avonds dronken we in een gezellig hoekje een glaasje limonade surrogaat. Ze vond het verschrikkelijk dat ik in een lager woonde, gaf me bonnen brood, volle melk en fruit. We gingen gezellig gearmd naar de bios. Na afloop nog een cafe’tje waar radiomuziek en een warm interieur voor een aangename sfeer zorgde. We spraken voor de volgende Zondag af. Ik reed met de S-Bahn zo’n beetje zwevende naar huis.’ Maandag wacht hem op de fabriek echter een onaangename verrassing: een week later zal hij worden ‘verlagerd naar Schachtelhalm dichtbij de oude Poolse grens’ voor dwangarbeid in een fabriek van Daimler-Benz AG. Zijn afspraak met Marion staat echter nog: ‘De rest van de week verliep zoals altijd: werken en slapen, zo kwam de Zondag, die lang niet zo gezellig was als de vorige, nadat ik 2 uur in de rij had gestaan voor kaartjes, zat ik ’s middags tevergeefs in Cafe Wien op ‘‘haar’’ te wachten. De laatste Zondag in Berlijn was voor mij bedorven.’ Twee dagen later ziet Albert er nog de film ‘‘Glück bei Trauen’’ met Johan Heesters. Thuis, in het Lager, wacht zowaar een bericht van Marion: ‘Ze was zondag verhinderd geweest wat haar vreselijk speet en maakte tegelijk een afspraak voor de volgende Zondag. Ze had echter haar eigen adres niet vermeld, ik kon haar dus onmogelijk meer bereiken!!’ Vanaf de volgende dag is hij zo’n 200 kilometer van Marion vandaan: ‘De enigste hoop was nog het weekend naar Berlijn te kunnen. Ik zal haar wel nooit meer terugzien…’ Bevat foto's uit de tijd van de tewerkstelling van de auteur in Duitsland.
- Collectie 244: Europese dagboeken en egodocumenten
- Dagboek (cahier en losse vellen, met potlood beschreven)
- 2130
Bij bronnen vindt u soms teksten met termen die we tegenwoordig niet meer zouden gebruiken, omdat ze als kwetsend of uitsluitend worden ervaren.Lees meer