Jeugdherberg De Kleine Haar vangt Joodse vluchtelingenkinderen op
Na de Kristallnacht gaan de Nederlandse grenzen dicht. Er zijn uitzonderingen, bijvoorbeeld voor kinderen en Palestinapioniers. Een van de plekken waar ze worden opgevangen is Jeugdherberg De Kleine Haar bij Gorssel.
Jeugdherberg De Kleine Haar in 2016
Jachthuis
De Kleine Haar is een Noors jachthuis. Het wordt in 1910 door de Noorse koning geschonken aan Tutein Nolthenius, de opperhoutvester van het Nederlands Koninklijk Huis. Vanaf 1934 wordt het een jeugdherberg.
De opvang van Joodse vluchtelingenkinderen in Jeugdherberg De Kleine Haar wordt georganiseerd door de lokale afdeling van het Comité voor Joodsche Vluchtelingen in Deventer. De eerste 40 Joodse vluchtelingenkinderen komen begin januari 1939 aan. In totaal zitten er ongeveer 60 Joodse vluchtelingenkinderen.
Broers Pfifferling
Op 10 januari 1939 arriveren de broers Edgar en Heinz-Erich Pfifferling in De Kleine Haar. Ze komen vanuit de Quarantaine Inrichting Zeeburg, de omstandigheden daar zijn slecht. In De Kleine Haar zijn de omstandigheden beter. Totdat de broers op 30 juni 1939 moeten vertrekken, ze gaan naar het Burgerweeshuis in Gouda. Uiteindelijk worden de jongens opgesplitst, Heinz-Erich wordt opgevangen in een Joods gezin en Edgar gaat opnieuw naar de Quarantaine Inrichting Zeeburg. Op 27 februari 1940 moet Edgar naar Centraal Vluchtelingenkamp Westerbork. Hier worden de broers uiteindelijk herenigd op 3 september 1942. Ze gaan samen op transport op 4 september 1944, beiden overleven hun deportatie niet.
Medio 1942, Heinz-Erich Pfifferling, boven 12e van links

Heinz-Erich Pfifferling
Eisenach, 2 juni 1926 - Auschwitz, 29 september 1944Opgevangen in De Kleine Haar
Opgevangen in Burgerweeshuis Gouda
Chili
De broers Gert Egon en Hans Wolfgang Philippi vluchten naar Nederland nadat hun vader Ernst is gearresteerd tijdens Kristallnacht en opgesloten wordt in Sachsenhausen. Na quarantaine in Amsterdam en Rotterdam gaan ze naar De Kleine Haar. Hier blijven de broers vier maanden tot de hereniging met hun ouders Ernst en Margarete. Hun ouders stappen in Hamburg op de St. Louis en Gert Egon en Hans Wolfgang stappen in Frankrijk op hetzelfde schip vol met Joodse vluchtelingen op weg naar Cuba. De vluchtelingen worden nergens toegelaten en keren terug naar Europa. Het gezin keert gedwongen terug in Nederland, totdat het ze in november 1939 lukt om te emigreren naar Chili.
Ambacht
Een deel van de Joodse vluchtelingenkinderen uit De Kleine Haar gaat naar de ambachtsschool in Deventer, voor o.a. timmeren, elektrotechniek en bankwerken. Ook krijgen ze les in Engels, Spaans en Hebreeuws van de gevluchte Duitse Joodse leraar Salomon Steinberg. Deze lessen helpen bij hun emigratieplannen. In juni 1939 vertrekken een aantal jongens naar Palestina.
De Joodse vluchtelingenkinderen maken het werk af wat door de jongeren van de Centrale Werkplaats voor Jeugdige Werkloozen uit Deventer werd gestart in de zomer van 1938: de aanleg van een openluchttheater achter de Jeugdherberg. Daarna voeren de Joodse vluchtelingenkinderen een openluchtspel op en openen daarmee het theater op 25 juni 1939. Vlak daarna vertrekken de Joodse vluchtelingenkinderen.
Hostel
De Jeugdherberg De Kleine Haar bestaat nog steeds, het is nu een Stayokay Hostel
Vergoeding
In augustus 1939 volgt de financiële afwikkeling van de opvang, er mist nog bijna zevenhonderd gulden. Het Comité voor Joodsche Vluchtelingen Afdeeling Deventer vraagt in brief aan het Departement van Binnenlandsche Zaken Afdeeling Vluchtelingen-verzorging om hulp. De vergoeding van een gulden per dag per persoon bleek onvoldoende. De huur voor de jeugdherberg kostte het Comité al zeshonderd gulden. En er moest van alles aangeschaft worden, van badhanddoeken tot keukengerei en van pyjama’s tot dekens. De aanvraag van het lokale Comité wordt afgewezen.
Het behoeft onzerzijds zeker geen betoog, dat wij getracht hebben het beheer zoo zuinig mogelijk uit te voeren, en kunnen wij U verder nog mededelen, dat tal van uitgaven, ten bate der ons toevertrouwde kinderen gedaan, door diverse leden van ons Comité persoonlijk gedragen werden.
Deportatie
Vanuit De Kleine Haar worden de Joodse vluchtelingenkinderen in de zomer van 1939 verspreid over verschillende plekken. Een aantal opvangplekken hebben hetzelfde karakter met voorbereiding op emigratie maar er komen ook kinderen in weeshuizen terecht. Uiteindelijk komt een deel van de kinderen in Kamp Westerbork terecht en wordt gedeporteerd.
Na het vertrek van de groep Joodse vluchtelingenkinderen in de zomer van 1939 worden er opnieuw Joodse vluchtelingen opgevangen in De Kleine Haar, ook tijdens de bezetting. In totaal hebben 105 Joodse vluchtelingen in De Kleine Haar verbleven, 48 van hen overleven de Holocaust niet.







