J.J.A. (Vanwege de bescherming van de privacy worden alleen initialen vermeld.) P.: Egodocument (handschrift (origineel))
De schrijver van het dagboek is in de zomer van 1944, SS-Kriegsberichter in Normandië; daarna is hij in België (bij Luik). Het dagboek is geschreven in een langwerpig cahier met stijve kaft. Binnenin staat de handtekening van de schrijver, de militaire eenheid waartoe hij behoorde. De inhoud bestaat uit onregelmatig door elkaar staande, meer of minder ver uitgewerkte schetsen of fragmenten van schetsen voor artikelen, die de schrijver aan verschillende bladen leverde. Vaak is door deze stukjes weer een streep gehaald. Het zijn voor het grootste deel sterk propagandistisch getinte, in bombastische cliché-stijl gestelde, reportages; verder tekent de schrijver thema's aan, waarover hij schrijven wil, en data, waarop hij vermoedelijk zijn pennevruchten per koerier wegzond. Enigszins anders van toon zijn een paar "open brieven" aan de jeugd van Nederland; een artikel over ware revolutionaire gezindheid schreef de auteur vermoedelijk niet in zijn kwaliteit van oorlogsverslaggever. Verder staan tussen de tekst nog een paar getekende kaartjes van het front in Normandië. Het dagboek bevat enkele gedichten, te weten: een wellicht op Rilkes "Herr, es ist Zeit" (dat er als motto boven staat) "geïnspireerd" gedicht, een "Octoberlof" en twee Sinterklaasverzen. De laatste zijn niet gedateerd, de eerste resp. 18 en 19 oktober 1944. De schrijver van het dagboek is in de zomer van 1944, SS-Kriegsberichter in Normandië; daarna is hij in België (bij Luik). Het dagboek is geschreven in een langwerpig cahier met stijve kaft. Binnenin staat de handtekening van de schrijver, de militaire eenheid waartoe hij behoorde. De inhoud bestaat uit onregelmatig door elkaar staande, meer of minder ver uitgewerkte schetsen of fragmenten van schetsen voor artikelen, die de schrijver aan verschillende bladen leverde. Vaak is door deze stukjes weer een streep gehaald. Het zijn voor het grootste deel sterk propagandistisch getinte, in bombastische cliché-stijl gestelde, reportages; verder tekent de schrijver thema's aan, waarover hij schrijven wil, en data, waarop hij vermoedelijk zijn pennevruchten per koerier wegzond. Enigszins anders van toon zijn een paar "open brieven" aan de jeugd van Nederland; een artikel over ware revolutionaire gezindheid schreef de auteur vermoedelijk niet in zijn kwaliteit van oorlogsverslaggever. Verder staan tussen de tekst nog een paar getekende kaartjes van het front in Normandië. Het dagboek bevat enkele gedichten, te weten: een wellicht op Rilkes "Herr, es ist Zeit" (dat er als motto boven staat) "geïnspireerd" gedicht, een "Octoberlof" en twee Sinterklaasverzen. De laatste zijn niet gedateerd, de eerste resp. 18 en 19 oktober 1944.
- Collectie 244: Europese dagboeken en egodocumenten
- Egodocument (handschrift (origineel))
- 750
Bij bronnen vindt u soms teksten met termen die we tegenwoordig niet meer zouden gebruiken, omdat ze als kwetsend of uitsluitend worden ervaren.Lees meer