Klaaske Zuidema

Drie dagen na de grote razzia in Amsterdam op 20 juni 1943, nam de anonieme verzetsmedewerkster 'Tante Liesjeâ€Â, een joodse jongen, genaamd Robert Jacob Meijer, mee naar Friesland. Een jaar lang is hij op verschillende adressen geweest, waaronder dat van de Hiemstra's* uit Ternaard en de familie van Frans van der Heide*, die in het dorp Ferwerd (Friesland) woonde. In juli '44 werd hij naar Sijbe en Klaaske Hoekstra gebracht, in Engwierum, in het noordoosten van Friesland. - De Hoekstra's, een jong stel dat hun eerste kind verwachtte, waren heel aardig voor de toen tienjarige Robert. Sijbe was zeer betrokken bij het verzet en lid van de NBS (Nederlandse Binnenlandse Strijdkrachten). Hij assisteerde bij het droppen van wapens en verborg thuis geweren en munitie. Pas na de oorlog realiseerde Robert zich dat hij heel dicht bij een grote stapel geweren had geslapen, die verstopt waren onder de vloer van zijn slaapkamer. - Robert leidde een heel normaal leven in Engwierum, hij ging naar school en op zondag naar de kerk (onder een valse naam). Hij is tot januari 1945 bij de familie gebleven, toen zijn ouders, die zich in het huis van een priester in Groningen hadden verscholen, hem vonden en meenamen. De Hoekstra's hebben nooit geld willen ontvangen voor hun verzorging van Robert. -Op 12 januari 1984 werden Sijbe Hoekstra en zijn vrouw Klaaske Hoekstra-Zuidema door Yad Vashem erkend als Rechtvaardigen onder de Volkeren.

Bron: Een Laatste Saluut