Alphons Joseph (Phons) Matthijssen

MATTHIJSSEN (Alphons Joseph, roepnaam Phons), geboren te Rucphen op 4 maart 1912. Eerst onder de naam van zijn moeder (Jongeneelen), maar sinds 1917 als Matthijsen. Hoe en wanneer deze naam is gewijzigd in Matthijssen is niet bekend. Met zijn ouders verhuist hij in november 1921 naar Rotterdam. In mei 1940 is hij inwonend in de Teilingerstraat, dat bij het bombardement van 14 mei 1940 zwaar wordt getroffen. Hij trouwt in oktober 1940 en woont in 1944 met zijn vrouw in de Rotterdamse Provenierswijk, op het adres Hoevestraat 9. Bij de razzia van 11 november 1944 wordt Phons opgepakt, hij is dan 32 jaar en vertegenwoordiger. Hij moet naar het Nenijtoterrein, dat dienstdoet als een verzamelplaats van bijeengedreven mannen uit vooral de wijken Blijdorp en Provenierswijk. Ze brengen de dag door in de stromende regen. Vanaf deze verzamelplaats lopen de mannen ’s avonds laat naar Station D.P., waar ze in een goederenterrein worden gestopt. De groep Blijdorp/Provenierswijk komt in verschillende wagons terecht, met elk daarin zo’n 60 mannen. Op zondagochtend komt de trein aan in Amsterdam. Later staat de trein lange tijd stil bij Naarden, waar de mannen het nodige krijgen van de bevolking en waar verschillende mannen kans zien te ontvluchten. De mannen van de groep Blijdorp/Provenierswijk kiezen Johan (John) Heil als hun leider. Na een lange reis met weinig eten, komen de mannen aan in een Durchgangslager te Neumarkt. De mannen worden bewaakt door Russen. Vanuit dit kamp worden zo’n 50 mannen, waaronder Phons, overgeplaatst naar Ochenbruck nabij Neurenberg. Daar worden zij ondergebracht in een Reichsbahnlager in de Pakhuissteeg, waar ook de bekende conferencier en tekstdichter Daan Hooijkaas zich bevindt. De mannen moeten aan het spoor werken. Phons wordt vermeld in de “Nieuwjaarswensch” van Daan Hooijkaas en wel als volgt: “Phons als plaatsvervangend leider wenschen wij ook veel geluk. ‘k Denk met de aanstaande Kerstmis, heb jij het niet meer zoo druk. Heb je dan een boompje nodig of wat geurig dennengroen. Pluk je dat in ’t Vroesenpark of in het Spoorsingel-plantsoen.” Vermoedelijk bereikt Phons in mei/juni 1945 veilig Rotterdam en wordt hij na de oorlog vader. Hij overleeft zijn vrouw, die in oktober 1969 overlijdt, 53 jaar oud.

Bron: Stadsarchief Rotterdam