Albert Anton Dreher

Albert Anton Dreher en zijn vrouw Minnie (Minni) Löwenstein werden allebei geboren in Frankfurt am Main. Dreher was bankier en aanvankelijk werkzaam bij het Bankhaus "August W. Michel". Vanaf ca. 1909 was hij vennoot en procuratiehouder van de bank Dreher und Uhry. Begin jaren twintig was hij met Jakob Frank, een neef van Otto Frank, betrokken bij de Banque Commerciale in Luxemburg. Dreher was sinds september 1880 lid van de roeivereniging Germania. Hij werd lid van de raad van bestuur in 1894, secretaris, penningmeester in 1901, clubhuisbeheerder in 1906, lid van de raad van oudsten in 1928 en erelid in 1929. Albert Dreher trouwde op 16 april 1913 in Frankfurt met Minni Löwenstein. Zij was 27 jaar jonger dan hij. Ze werd ook lid van Germania. Dreher werd pas vader toen hij 51 jaar oud was: op 2 september 1914 werd hun zoon Anton Gustav geboren. Met de machtsovername door de nationaalsocialisten in 1933 begon het ongeluk de familie Dreher. Vanwege de economische crisis hadden zij de roeivereniging al vóór 1933 moeten verlaten. De Dreher und Uhry-bank werd in 1935 door de nazi's geliquideerd en op 29 september 1938 'ambtshalve' uit het handelsregister geschrapt. Volgens de Gestapo vluchtte het gezin op 12 maart 1936 naar Nederland. Daar woonden ze in de Michelangelostraat 39 in Amsterdam. Op 6 september 1938 werd hen de deutschen Staatsangehörigkeit afgenomen. Otto Frank had (tot hij ging onderduiken) wekelijks contact met Dreher en zijn vrouw. Alle kantoormedewerkers kenden Dreher ook.Anne schrijft enkele keren nogal onaardig over hem en zijn vrouw. Op 25 september 1942 schrijft zij: 'Vader heeft een oude kennis, mijnheer Dreher, een man van midden zeventig, erg hardhorend, ziek en arm en aan diens zijde als lastig aanhangsel een vrouw van 27 jaar jonger, ook arm, met armen en benen vol echte en onechte armbanden en ringen, die nog uit de vroegere gouden tijden over zijn. Deze mijnheer Dreher heeft vader al heel wat last bezorgd en ik bewonderde hem altijd over het engelengeduld waarmee hij dit zielige mannetje aan de telefoon te woord stond'. Maar volgens Otto had het echtpaar Dreher genoeg te verkopen om enige financiële armslag te hebben. Zowel Dreher als zijn vrouw worden in het Achterhuis geïmiteerd en belachelijk gemaakt, zoals wanneer Otto in zijn ondergoed liep als de oude mijnheer Dreher of het bont van mevrouw Dreher om zijn hoofd deed. In december 1942 werden de Drehers gearresteerd en naar doorgangskamp Westerbork gebracht. Minni Dreher stierf op 10 januari 1943 in het hospitaal van Westerbork en werd op 12 januari 1943 40 kilometer verderop begraven op de Joodse begraafplaats in Assen. Albert Dreher werd op 23 januari 1943 vanuit Westerbork gedeporteerd naar concentratiekamp Auschwitz, waar zijn transport op 26 januari 1943 aankwam. Hij werd waarschijnlijk onmiddellijk na aankomst in Auschwitz vermoord. Anton Gustav Dreher trouwde op 3 februari 1942 in Doorn met Hanna Hendrika Rijghard, een niet-Joodse Nederlandse vrouw. Hij zou van februari tot september 1943 gevangen hebben gezeten in de gevangenis van Berlijn-Moabit en de sanatoria van Wittenau in Berlijn en werd met het '43e transport' van Berlijn naar Auschwitz gedeporteerd. Hij zou tijdens de deportatie om het leven zijn gekomen. Bron persoonsgegevens. Adressen: Bockenheimer Landstrasse 17, Frankfurt am Main; Arndtstrasse 33; Willemsparkweg, Amsterdam (diverse huisnummers, ’37-’41); Michelangelostraat 39 huis (’41-’42).

Bron: https://research.annefrank.org/nl/personen/1fec14bd-fbe1-46a6-9da9-4cab436b60bf/