Mattheus Tak

Ook bekend als: Mattheus

Mattheus wordt geboren op 10 februari 1903 in Oud Gastel en woont in Eindhoven. Hij is soldaat bij afdeling Eindhoven van het Rode Kruis en wordt op 1 februari 1940 gemobiliseerd vanwege de toenemende oorlogsdreiging voor Nederland. Met zijn collega’s wordt hij gelegerd in de Oranje-Nassaukazerne in Amsterdam. De kazerne ligt aan een haven die directe toegang geeft tot de grote rivieren. Met drie grote binnenvaartschepen, gevorderd om te dienen als hospitaalschepen, zouden de Rode Kruissoldaten gewonden van het front ophalen en naar Amsterdam brengen. Op ieder schip dienen zestien Rode Kruissoldaten.

In de avond van de eerste oorlogsdag, 10 mei 1940, krijgt het motorschip Actinia , waarop Mattheus is geplaatst, opdracht om naar Sliedrecht te gaan. Via de Vecht, het Amsterdam-Rijnkanaal en de Merwede komen ze daar vroeg in de ochtend aan. Eerder is Sliedrecht aangewezen als verzamelplaats voor gewonden aan het front en daarom zijn daar ook grote voorraden verband- en geneesmiddelen aangelegd. Op dat moment werd de aankomende strijd echter nog als een stellingenoorlog voorgesteld. Omdat de Duitse aanval goeddeels vanuit de lucht plaatsvindt en de strijd een veel mobieler karakter heeft, zijn er op 11 mei geen gewonden in Sliedrecht om op te halen. De Rode Kruissoldaten hebben die dag daardoor niets te doen.

In de middag vaart de Actinia over de Merwede, die als gevolg van de oorlogshandelingen zo goed als verlaten is. Om drie uur ’s middags, nadat het schip de splitsing van de Boven- en Beneden-Merwede heeft gepasseerd tussen Werkendam en Boven-Hardinxveld, vindt er aan boord een enorme explosie plaats. Het schip is gelopen op een van de magneetmijnen die de vorige nacht door de Duitsers zijn afgeworpen in de rivier.

Het pontje bij Werkendam steekt onmiddellijk van wal en probeert zoveel mogelijk opvarenden uit het water en van de snel zinkende boot te halen. Van de zestien soldaten zijn er bij het zinken van de Actinia tien om het leven gekomen. Mattheus wordt dan zwaargewond naar de kade gebracht en naar het hospitaal in Sliedrecht vervoerd. Daar wordt hij nog geholpen, maar de opgelopen verwondingen worden hem op 30 juli 1940 alsnog fataal. Mattheus overlijdt in Sliedrecht op 37-jarige leeftijd en vindt zijn laatste rustplaats op het Nationaal Ereveld in Loenen. Bron: Brabantse Gesneuvelden

Volgens bronnen van de Oorlogsgravenstichting is hij op 11-05-1940 omgekomen, echter is zijn lichaam pas op 30-07-1940 gevonden in het water van de Merwede.

Zijn naam wordt in diverse archieven geschreven met dubbele T, Mattheus. Volgens de geboorte akte is zijn naam geschreven met een enkele T.

Bron: Herinner U de namen, Stichting 18 September.

Mattheus wordt geboren op 10 februari 1903 in Oud Gastel en woont in Eindhoven. Hij is soldaat bij afdeling Eindhoven van het Rode Kruis en wordt op 1 februari 1940 gemobiliseerd vanwege de toenemende oorlogsdreiging voor Nederland. Met zijn collega’s wordt hij gelegerd in de Oranje-Nassaukazerne in Amsterdam. De kazerne ligt aan een haven die directe toegang geeft tot de grote rivieren. Met drie grote binnenvaartschepen, gevorderd om te dienen als hospitaalschepen, zouden de Rode Kruissoldaten gewonden van het front ophalen en naar Amsterdam brengen. Op ieder schip dienen zestien Rode Kruissoldaten. In de avond van de eerste oorlogsdag, 10 mei 1940, krijgt het motorschip Actinia, waarop Mattheus is geplaatst, opdracht om naar Sliedrecht te gaan. Via de Vecht, het Amsterdam-Rijnkanaal en de Merwede komen ze daar vroeg in de ochtend aan. Eerder is Sliedrecht aangewezen als verzamelplaats voor gewonden aan het front en daarom zijn daar ook grote voorraden verband- en geneesmiddelen aangelegd. Op dat moment werd de aankomende strijd echter nog als een stellingenoorlog voorgesteld. Omdat de Duitse aanval goeddeels vanuit de lucht plaatsvindt en de strijd een veel mobieler karakter heeft, zijn er op 11 mei geen gewonden in Sliedrecht om op te halen. De Rode Kruissoldaten hebben die dag daardoor niets te doen. In de middag vaart de Actinia over de Merwede, die als gevolg van de oorlogshandelingen zo goed als verlaten is. Om drie uur ’s middags, nadat het schip de splitsing van de Boven- en Beneden-Merwede heeft gepasseerd tussen Werkendam en Boven-Hardinxveld, vindt er aan boord een enorme explosie plaats. Het schip is gelopen op een van de magneetmijnen die de vorige nacht door de Duitsers zijn afgeworpen in de rivier. Het pontje bij Werkendam steekt onmiddellijk van wal en probeert zoveel mogelijk opvarenden uit het water en van de snel zinkende boot te halen. Van de zestien soldaten zijn er bij het zinken van de Actinia tien om het leven gekomen. Mattheus wordt dan zwaargewond naar de kade gebracht en naar het hospitaal in Sliedrecht vervoerd. Daar wordt hij nog geholpen, maar de opgelopen verwondingen worden hem op 30 juli 1940 alsnog fataal. Mattheus overlijdt in Sliedrecht op 37-jarige leeftijd en vindt zijn laatste rustplaats op het Nationaal Ereveld in Loenen.

Bron: Brabantse Gesneuvelden