Folkert de Boer

Folkert en Ettje woonden samen met hun drie kinderen aan de Julianalaan in Leeuwarden-Huizum. Folkert en Ettje waren actief in het verzet, zo namen zij deel aan het verbergen van neergestorte geallieerde piloten. Voor dit werk werden ze na de oorlog onderscheiden. Ook al vonden ze beide dat eerbetoon niet nodig was, ze hadden gewoon hun plicht gedaan. - Naast dit werk nam de familie in november 1943 een vijf jarig joods jongentje in huis, Michaël Pappie. Voor de omgeving werd zijn naam gewijzigd in Michiel, een neefje dat door omstandigheden niet thuis kon wonen. Ook de joodse mevrouw Blumenthal uit Amsterdam vond tijdelijk onderdak bij de familie. - Verraad koste verschillende verzetsmensen het leven. Met een aantal van deze mensen hadden Folkert (schuilnaam Ome jan) en Ettje veel contact. In het najaar van 1944 dook Folkert de Boer onder in Wirdum, bij slager Dorhout. Ettje en dochter Aukje doken onder op een boerderij bij de familie De Visser. Michaël kon niet mee worden genomen, maar werd ondergebracht bij zoon Hendrik de Boer en zijn vrouw Neta. - Na de oorlog werd duidelijk dat de ouders van Michaël Pappie en ook zijn twee broertjes de oorlog niet hadden overleefd. Michaël werd opgehaald door een tante die hem in haar gezin opnam. Ook na de oorlog bleef er contact tussen de familie de Boer en Michaël. -De uitreiking vond plaats op 28 november 2011. -Bron: Verslag plechtigheid 28 november 2001 in het Verzetsmuseum.

Bron: Een Laatste Saluut