Eelkje Hellinga

Hoewel de familie Miedema, die Marianne en Ies Dasberg en hun zoon Eddy uit Amsterdam in hus huis in Ee (Friesland) verborgen hield, zeer moedige en hartelijke mensen waren, waren er tijden dat de situatie in hun huis buitengewoon gevaarlijk werd. Dan moest er een ander schuiladres voor hen gevonden worden, en zo kwamen de Dasbergs terecht bij de familie Van der Werf, eveneens in Ee, op de avond van 7 maart 1944. - Jacobus, afkomstig uit Dokkum, en Eelkje van der Werf waren bevriend met de familie Miedema en hadden als een joodse vluchtelinge in huis, Estella Colthof, die de schuilnaam Marijke Bosman gebruikte. Het echtpaar had een meisje geadopteerd, Japke, dat het geheim van de aanwezigheid van vluchtelingen nooit op school of aan buren heeft verklapt. - Ondanks Eelkjes slechte gezondheid en het feit dat ze al een persoon verborgen hielden, waren Jacob en Eelkje graag bereid Marianne, Ies en Eddy te helpen. Na zes weken werd het echter te veel voor Eelkje, zodat de familie op 17 april 1944 weer terug ging naar de Miedema's. Estella is anderhalf jaar, tot het eind van de oorlog, bij ze gebleven. - Jacobus was zeer actief in het verzet, en omdat men vermoedde dat hij en zijn vrouw joden in huis hadden, deden de Duitsers een huiszoeking terwijl Estella aanwezig was. Jacobus werd op het laatste ogenblik gewaarschuwd door de buren, zodat Estella in de voor haar klaargemaakte schuilplaats in een linnenkast kon wegduiken. Gelukkig vonden ze haar niet. Tijdens de huiszoeking legde een van de Duitsers in een van de slaapkamers zijn geweer op het bed. Jacobus heeft naderhand gezworen dat hij de soldaat met zijn eigen geweer zou hebben neergeschoten als hij Estella had gevonden. -Op 26 mei 1981 werden Jacobus van der Werf en zijn vrouw Eelkje van der Werf-Hellinga door Yad Vashem erkend als Rechtvaardigen onder de Volkeren.

Bron: Een Laatste Saluut