Petrus Lucas KerssensOok bekend als: Piet
's-Hertogenbosch, 7 maart 1921 - Rosmalen, 26 oktober 1944Piet wordt geboren op 7 maart 1921 in ’s-Hertogenbosch als zoon van koopman Theo (Thé) Kerssens en Elisabeth Meuwese. Na de scheiding van zijn ouders in 1927 blijft Piet aanvankelijk bij zijn vader, maar die stuurt hem in 1928 naar het internaat van de Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid (de Zusters van Steyl) in Blerick. In juli 1930 komt Piet weer thuis, om twee maanden later weer te vertrekken, ditmaal naar het internaat van Saint Louis in Oudenbosch. Eind maart 1934, als Piet 13 jaar is, wordt hij ingeschreven bij de Bisschoppelijke Nijverheidsschool te Voorhout in Zuid-Holland, waar hij de opleiding tot banketbakker volgt. Als hij in maart 1936 na afronding van de opleiding terugkeert naar ’s-Hertogenbosch, breekt een moeilijke tijd aan. Vader Thé is in een faillissementsconflict beland waarvoor hij een aantal maanden wordt vastgezet in het Huis van Bewaking. Ook Piet moet zich niet lang daarna, juni 1938, verantwoorden voor de rechter, wegens diefstal. Hij bekent en krijgt een tuchtstraf opgelegd. Vanaf mei 1939 is Piet achtereenvolgens in Tilburg en Oss werkzaam bij verschillende bakkerijen; in Tilburg bij De Lepel van NSB’er H.A. Lepelaars en in Oss bij de bakkerij van de Joodse Eliazar Joseph Wolff. Als het Duitse leger in mei 1940 Nederland binnenvalt, staat Piet nog ingeschreven in Oss. Hij wordt echter in augustus in Amsterdam aangehouden. Het is niet bekend wat Piet op dat moment in de hoofdstad doet, maar opvallend genoeg noemt hij zichzelf ‘Lucas Kerssens’. Later dat najaar wordt Piet in Maastricht gearresteerd vanwege diefstal en verduistering van een fiets in Venray en veroordeeld tot twee maanden cel. Een en ander doen vermoeden dat Piet zich, al dan niet gedwongen door de economische omstandigheden, al langer bezighoudt met diefstal en zwarte handel. Na zijn vrijlating onderneemt Piet samen met ene Jan Meijer een mislukte poging om via Groningen (en vermoedelijk daarna via Zweden) de Verenigde Staten te bereiken, om aan geallieerde zijde deel te nemen aan de strijd tegen de Duitsers. Uiteindelijk slaagt hij er wel in om via België en Frankrijk de Spaanse grens te bereiken, vermoedelijk over een van de routes die door Engelandvaarders worden gebruikt. Op 20 april 1941 proberen ze bij Portbou, onder Perpignan, illegaal de grens over te steken, maar ze worden ontdekt en gearresteerd. Via de gevangenis van Figueras worden ze naar het interneringskamp te Cervera gebracht. Ze ontsnappen eind mei, maar worden in de loop van juni opnieuw opgepakt en deze keer naar het concentratiekamp van Miranda de Ebro gebracht. Na vrijlating in augustus gaat Piet naar Madrid, waar hij een maand later weer wordt gearresteerd en vastgezet in de Porlier-gevangenis. Tijdens verhoor verklaart hij van plan te zijn geweest om via Portugal af te reizen naar familie in de Nederlandse koloniën. In januari 1942 wordt hij opnieuw gearresteerd, ditmaal vanwege zijn eerdere ontsnapping uit Cervera. Hij blijft tot april 1943 in de Porlier-gevangenis. Piet zou in Madrid niet alleen zijn gearresteerd omdat hij als vluchteling zonder papieren Spanje was binnengekomen, maar ook omdat hij na vrijlating uit Miranda de Ebro Spaanse wetten had overtreden, zo blijkt uit een rapport van de Nederlandse consul-generaal van 17 juli 1943. Tijdens dronkenschap was hij met politie in aanraking geweest, hij had schulden gemaakt en hij had zich in politieke discussies gemengd, of deelgenomen aan een ‘verboden vergadering’. Op enig moment lijkt Piet, die zich in Spanje uitgeeft als journalist, te overwegen om te spioneren bij het Duitse consulaat, maar de Nederlands consul vertrouwt het niet en geeft geen toestemming. Wel staat hij toe dat Piet samen met ene heer Heide, een Joodse vluchteling uit Amsterdam, bij het Duitse consulaat een visum aanvraagt om in Frankrijk te werken als tolk voor de Duitsers. Op 19 juli 1943 keert Piet terug naar Frankrijk. Zijn uiteindelijke intenties blijven onduidelijk. Tegenover Heide heeft hij zijn frustratie geuit over het feit dat hij van de Duitsers meer hulp zou hebben gekregen dan van de Nederlanders. Volgens Heide was Piet van plan om voor de Duitsers te spioneren en met hun hulp terug te keren naar Nederland. Piet blijft echter nog geen twee weken in Frankrijk. Op 30 juli wordt hij geregistreerd als Kameradschafsführer bij IG Farben in Ludwigshafen am Rhein. In die functie treedt Piet waarschijnlijk op als tolk voor Nederlandse dwangarbeiders in de chemische fabrieken. In september onderneemt Piet ook hier een mislukte vluchtpoging. Hij komt dan niet verder dan de Zwitserse grens, waar hij mogelijk ook in een handgemeen belandt. Na arrestatie en gevangenschap in Saarbrücken moet hij op 10 november voorkomen voor het Ambtsgericht in Ludwigshafen, dat hem veroordeeld tot drie maanden cel vanwege het zonder toestemming verlaten van zijn werk. Op 8 februari 1944, na het verrichten van dwangarbeid en anderhalve maand verlenging van hechtenis, wordt Piet op transport gezet naar de gevangenis te Scheveningen. Daar wordt hij vier dagen later ingeschreven. Hoewel de gevangenis bekendstaat als het ‘Oranjehotel’ voor verzetsstrijders, worden er ook Joden en veroordeelden van economische delicten en andere vormen van criminaliteit vastgehouden. Na drie maanden wordt Piet overgebracht naar kamp Amersfoort, waar hij op 10 juli 1944 wordt vrijgelaten. Daarna zou Piet zijn teruggekeerd naar ’s-Hertogenbosch, waar hij bij familie verblijft. Een maand later vertrekt hij weer om zich aan geallieerde zijde in te zetten voor de bevrijding van Nederland. Hij schrijft zich op 23 augustus in als inwoner van Utrecht, maar over zijn periode daar is niets bekend. In september 1944 is hij in Eindhoven, mogelijk na contact met zijn daar woonachtige neef Louis Kerssens, waar hij als verzetsstrijder deelneemt aan de bevrijding van de stad. Volgens kameraadverzetsstrijder Henk Broekman heeft Piet zich fel en heldhaftig gedragen, maar is hij ook roekeloos. Als de bevrijding van zijn ’s-Hertogenbosch aanstaande is, trekt Piet als tolk aan Amerikaanse zijde op naar zijn geboortestad. Op 25 oktober komt Piet aan in de stad en raakt daar direct betrokken bij gevechten. Hij is in Amerikaans uniform gefotografeerd bij militaire acties in de Hinthamerstraat. Op 26 oktober, de voorlaatste dag van de strijd rond de stad, wil Piet op de Wilhelminabrug een gewonde Britse soldaat te hulp schieten. Met een vlag van het Rode Kruis in de hand steekt hij de straat over, maar wordt dan door een Duitse sluipschutter neergeschoten. Zwaargewond wordt Piet naar het noodziekenhuis Coudewater te Rosmalen gebracht, maar hij bezwijkt dezelfde dag nog aan zijn verwondingen. Piet is 23 jaar geworden en vindt zijn laatste rustplaats op de begraafplaats Orthen in ’s-Hertogenbosch.
Bron: Brabantse Gesneuvelden
Het leven tijdens de oorlog van Petrus Lucas Kerssens
1944
Gevangen in Kamp Amersfoort
Omgekomen in Rosmalen
Bronnen
Dit zijn de bronnen die bij Oorlogsbronnen bekend zijn over deze persoon.
Gevallenen '40-'45 database
De Gevallenen 40-45 Database is een aanvulling op de Erelijst van Gevallenen 40-45. De Erelijst een boek, maar de Database is een digitale lijst die constant wordt aangevuld en gecorrigeerd door het NIOD. De database gevallenen 40-45 is aangesloten op Oorlogsbronnen.
Aanbieder
NIOD Instituut voor Oorlogs-, Holocaust- en GenocidestudiesIn Memoriam Brabantse gesneuvelden
Een digitale eregalerij voor alle omgekomen Brabantse militairen en verzetsplegers.
Aanbieder
Brabantse GesneuveldenGeregistreerde oorlogsslachtoffers
180.000 Nederlanders zijn door de Oorlogsgravenstichting geregistreerd als oorlogsslachtoffer. Op Oorlogsbronnen vind je persoonsdata over deze mannen, vrouwen en kinderen die tijdens de Tweede Wereldoorlog of de Indonesische Onafhankelijkheidsoorlog zijn omgekomen. Het gaat zowel om militairen als burgers.
Aanbieder
OorlogsgravenstichtingNamenlijst Kamp Amersfoort
Een namenlijst van 31.308 personen die gevangen zaten in Kamp Amersfoort. De lijst is samengesteld door Nationaal Monument Kamp Amersfoort.
Aanbieder
Nationaal Monument Kamp AmersfoortAdministratie Kamp Amersfoort
De kampadministratie van Kamp Amersfoort is (deels) bewaard gebleven en is digitaal beschikbaar via Arolsen Archives. Het gaat om administratie over de registratie van gevangenen, ziekte, geld en transport. Later zijn er ook documenten aan toegevoegd: de envelop van de International Tracing Service, de voorganger van Arolsen Archives, en kaartjes geschreven in het Nederlands.
Aanbieder
Arolsen Archives
Afbeelding van Petrus Lucas Kerssens
Ontbreekt een portretfoto, of kan je ons helpen met een betere afbeelding van Petrus Lucas Kerssens, dan kan je deze hier toevoegen. Ook is het mogelijk om de bestaande portretfoto beter bij te snijden.
Heeft u bezwaar tegen de vermelding van deze persoon?
Laat het ons weten door een e-mail te sturen naar info@oorlogsbronnen.nl