Essays over de ontwikkeling van de relatie tussen Nederlandse volkskundigen en antropologen in de twintigste eeuw. Met lit. opg., reg. V, 176 p. : ill. ; 22 cm.

Handgeschreven

De geïnterviewde ging als boordwerktuigkundige naar Indië en later naar Nieuw-Guinea. Tijdens de Tweede Wereldoorlog duikt hij onder in Nederland. Hij vertelt over zijn werkzaamheden en beschrijft de onaangename ervaringen in deze periode, met name in Biak, Nieuw-Guinea.

De geïnterviewde vertelt over haar functie tijdens de Tweede Wereldoorlog. De geïnterviewde werd officier. In 1945 werd zij in Indië gestationeerd. Haar werkzaamheden hadden betrekking op de geplande overdracht van de havens in Nederlands-Indië door de Japanners aan de Nederlandse marine. Ze vertelt wat zij meemaakte aan gevaarlijke situaties, maar vertelt ook over verschillende ontspannende activ ...

J.A. van der Hoeven is ook lid van de stafleiding van de Germaanse SS in Nederland

C.C.F.M. Le Roux werkte van 1908 tot 1929 o.a. als officier van het KNIL bij de Directie Burgelijke Openbare Werken, van 1929 tot en met 1934 als conservator van de Bataviaasch Genootschap van Kunsten en Wetenschappen en vanaf 1934 als directeur van het Rijksmuseum voor Volkenkunde in Leiden. Het archief bestaat met name uit etnografische en georgrafische beschrijvingen, rapporten en verslagen van ...

Algemeen overzicht van de verzameling literatuur betreffende de Nederlandse Antillen in de Bibliotheek van het Koninklijk Instituut voor Taal-, Land- en Volkenkunde te Leiden Vermelding in voorwerk: Bibliographical survey of the Netherlands Antilles. - Literatuuroverzicht van de Nederlandse Antillen. XX, 422 p. ; 24 cm

Fotomech. herdr. van het in drie delen verschenen artikel in: Bijdragen tot de taal-, land- en volkenkunde van Nederlandsch-Indië ; dl. 46 (1896), dl. 47 (1897). - Uitg. ter gelegenheid van de sinds 1852 verschenen 150 delen van dit tijdschrift van het Koninklijk Instituut voor Taal- Land- en Volkenkunde (KITLV). 92 p. : ill., krt., portr. ; 24 cm.

Aan de kop van de titelp.: Koninklijk Instituut voor Taal-, Land- en Volkenkunde. XVII, 297 p. : illustrations, krt. ; 23 cm

Nr. 1 (1914)-nr. 34 (1949). v. ; 23 cm.

1-5. v. ; 24 cm.

Verschijnt onregelmatig dl. ; 24 cm