Brief van Tiny Middendorp aan verloofde, 12-13 juni 1944

Brief van Tiny Middendorp aan verloofde Antoon van Jeuken, 12-13 juni 1944, geschreven te Nijmegen Tiny Middendorp (geboren 23 september 1917 te Uithuizen) verhuisde 11 november 1941 naar Nijmegen waar ze 20 juni 1943 zich verloofde met Antoon Jeuken. Augustus 1944 dook ze onder de Wierden. 26 juli 1945 trouwde ze met Antoon Jeuken. Gedurende de oorlog schreef ze vele brieven aan haar verloofde. Inhoud Maandagavond 8 uur 12-6 ‘44 M’n allerliefste Toontje Vanavond wil ik m’n brief alvast beginnen. Ik heb echt even behoefte om een paar woordjes te schrijven. ’t Was weer echt fijn Zondag even bij elkaar hè? De tijd is alleen veel te kort. We hebben elkaar zoveel te vertellen, en zeggen. Ik heb nog een fijn fietstochtje gehad, geen regen en verdere narigheden. Om kwart over tien was ik met mijn karretje veilig thuis. Vanavond was ik een beetje vroeg vrij en kon ik nog een kwartiertje van ’t Lof pikken. Alles is weer o.k.. Vol moed en vertrouwen werk ik maar door. ’t Zal niet zo heel lang meer duren, dan zijn we voor goed bij elkaar mijn liefste. Ik ben je zo heel, heel dankbaar dat je me je overgrote liefde geeft. Heerlijk is de wetenschap, dat we echt en veel van elkaar houden. Ik ben eigenlijk overgelukkig. Bidden we heel veel samen, dat we voor alle rampen gespaard mogen worden, en dat we toch spoedig ons zo zeer verlangde doel mogen bereiken. Ik had de bonnetjes R.05. afgekregen en zal ze er bijsluiten. Van Röben heb ik vanmiddag een brief gekregen. Hij heeft de theedoeken reeds verkocht. We hebben dus niet veel te verwachten. Gelukkig dat jij daar wat kunt krijgen. Ik ben hoogst benieuwd wat we Zondag over een week reeds kunnen zien. Wat ben je toch een schat, dat je daar ook al weer voor zorgt. Ja liefste hoe graag zou ook ik niet iets doen maar er is gewoon niets te krijgen. Ik zal echter zorgen van Coba linnengoed op de kop te tikken, ze heeft genoeg. Ook vorken en lepels heeft ze me beloofd. Ik denk toch niet, dat de goeie ziel ooit zal trouwen. Zij heeft dan nog meer aan wat geld, is ’t niet zo? M’n lieveling, ik ga voor vandaag eindigen, want ik wil nog even Griet voor haar verjaardag (16 Juni) schrijven. Morgen de rest. Heel veel liefs, hart. kussen + een extra innige omhelzing van je steeds liefh. vrouwke, Tiny. Dinsdagavond. 13-6 ‘44 M’n allerliefste Toontje, Alweer een dag voorbij, dus weer een dagje dichter bij de vrede. Vanmorgen was het eerst schitterend weer, maar langzamerhand is ’t slecht geworden. ’t Giet nog op ’t ogenblik. Toch zal ik er door moeten. Op de eerste plaats m’n brief posten. ’t Is wel niet veel nieuws wat ik heb, maar desondanks zal m’n liefste ’t toch wel fijn vinden. Verder wou ik vanavond even naar huis. Gisterenavond niet geweest en morgenavond naar de congregatie, dan ’t is nu een geschikte avond. Je vuilen wasch heb ik aan Willy afgegeven. Als er iets aan te verstellen is, zal ik er voor zorgen. Vannacht vreselijk slecht geslapen. Er gingen veel vliegtuigen over. Dit was niet ’t ergste maar er werd op geschoten. Ergens bij de brug is afweergeschut, ‘t was een leven van jewelste. Enfin, deze nacht hopen we ’t beter te doen. Vandaag druk gehad met naaien. ’t Is alle dagen ‘t zelfde. Alleen als ik naar jou ga, is een fijne afleiding. Ik verheug me dan ook weer erg op de volgende Zondag, de hele dag. Je zult ’t ook wel weer druk hebben met allerlei, liefste. Doen jullie veel voor de bruiloft? Was ’t met ons maar zover hè. We zullen echter maar goede moed houden. M’n liefste Toontje, veel nieuws is er niet. Met verlangen zie ik weer een brief van jou tegemoet. Jij weet altijd zoveel te schrijven. Heel veel liefs, hart. kussen met een innige omhelzing van je steeds liefh. vrouwke Tiny. ‘t Giet nog steeds, ik zal m’n spuit tevoorschijn halen, Daaaag!