Ochten, 'Monument voor het 44e Regiment Infanterie'

Het 'Monument voor het 44e Regiment Infanterie' te Ochten (gemeente Neder-Betuwe) herinnert aan negentien militairen van dit regiment die tijdens de meidagen van 1940 in de strijd tegen de bezetter zijn gesneuveld. De namen van de negentien slachtoffers luiden: H.J. Artz, B. v.d. Akker, C. Bullens, H.W. Eekhuis, J.C. Endeveld, G. Geurts, A.F. Hunkemöller, G. Kroon, N. Mulder, F.J. Nijhof, K. Sleurink, G.L.H. Smit, J. Solmer, E.S. Telder, E. Termaat, J. Tieben, H. Waard, A. van Weelden en B.J. IJzerman. Het 44e Regiment Infanterie was in de jaren 1930-1940 gelegerd in Dodewaard, Ochten, IJzendoorn en Echteld. Oprichting Een Reünie-Comité, voortgekomen uit de mitrailleurcompagnie van het IIe Bataljon zamelde geld in onder de haar bekende oud-44 R.I.-ers en de bevolking van Ochten om een monument op te richten dat uiting kon geven aan hun gevoelens van dankbaarheid. Onthulling Het monument werd onthuld op 10 mei 1952 door de Commisaris van de Koningin in Gelderland. De voorzitter van het Reünie-Comité, dr. J. Hazenberg, oud-commandant van het M.C.-II-44 R.I. hield een toespraak waarin hij het monument een beeld van trouw noemde; trouw van de gesneuvelde militairen jegens hun vaderland, hun koningin en hun naasten. Ook kolonel G. Hotz, oud-commandant van 44 R.I. in 1940 en de heer P.J.A. Drabbe spraken. Er werden kransen gelegd door kolonel Hotz namens 44 R.I., burgemeester Houtkoper namens de gemeente en door familieleden van de gesneuvelden.