Dagboek van Margriet (Riete) Overst (1926-1943) en drie brieven aan haar, Amsterdam, juli-december 1942

Riete Overst begon het dagboek op 18 juli 1942 omdat het "een tijd, die je je later herinneren moet" is. Zij en haar oudere zuster To (Tony) verwachten ieder moment een oproep; To's echtgenoot Flip (Philip de Haan) zit al een jaar in kamp Amersfoort. Ze schrijft over bekenden die ook oproepen krijgen. Ene Fie (een schoolvriendin) zal zich bij Riete en To voegen zodat ze in geval van een oproep met z'n drieën kunnen gaan. Riete gaat nog af en toe naar school, in de stad, en krijgt bezoek van haar goede vriendin Betty. Ze is verliefd op Jaap, maar hij negeert haar meestal. In september schrijft ze met ontzetting dat Jaap de Haan dood is. (Dit is waarschijnlijk Jacob de Haan, geboren 31 oktober 1916 - overleden 30 augustus 1942). Ook haar vriendin Sonja "is weg". De laatste aantekeningen zijn van oudejaarsdag 1942, wanneer Riete (kennelijk ondergedoken) beschrijft dat ze sinds een maand als huishoudster en kinderverzorgster ergens inwoont. Ze heeft afscheid genomen van haar "gelukkige kindsheid" en staat nu midden in "alle narigheid" van het leven in oorlogstijd. In aanvullig op de transcriptie nog: Vrijdag Vannacht heb ik wel lekker geslapen, maar To die alles zo met eigen ogen gezien heeft niet! To heeft overgegeven en ligt op het ogenblik in bed. De dokter is bij haar geweest en constateerde dat ze koorts had. Nu is het al wat beter. Ze vindt het vervelend in bed te liggen, dus zo erg ziek is ze niet. Nog geen bericht van iemand uit de stad gehad. Ik hoop morgen een brief van Betty te krijgen. Ze zal wel begrijpen dat ik zo niet komen kan. Ik verveel me, ik heb geen boek, geen zin in iets en ik verlang naar Jaap. Ik loop rond met een liefdesverhaal in mijn hoofd. Ik denk dat ik het mooi opschrijf, dan ben ik er vanaf. Bijgevoegd zijn drie brieven van vriendinnen: - Een brief van Hennie Eitjes (waarschijnlijk ondergedoken) op de boerderij van de familie Boekel in Driehuis aan familie of kennissen die in Amsterdam wonen, zonder datum. - Een brief van Milie (van Eeghenlaan 34-boven, A'dam) aan Riete Overst in A'dam-Noord, 29 juli 1942. Milie schrijft dat ze helaas geen baantje voor Riete kan regelen bij de Joodse Raad. - Een brief van A.D. (Annelies) Moes in Helmond aan de dames To (Tony) en Riete Overst in A'dam-Noord. Annelies gaat vrijwillig werken in Duitsland omdat ze geen baantje kan vinden.