Voorwerpen uit militaire uitrusting en bezittingen van Ludovicus Josephus Evert Cikot (1 februari 19...

Voorwerpen uit militaire uitrusting en bezittingen van Ludovicus Josephus Evert Cikot (1 februari 1925-2009). Indiëganger. 1. Rood-bruin rondvormig naamplaatje met de naam: L.J.E. Cikot, de letters ‘R.K.’, en het nummer: 25020160. 2. Bruin achthoekig naamplaatje met de naam: L.J.E. Cikot, de letters ‘R.K.’, en het nummer: 250201060. 3. Metalen ovalen blikje, met daarin twee stukken touw, elk met aan een uitende een metalen gewichtje. Aan een stuk touw zit aan het andere uiteinde een stukje doek, en aan het andere touw aan een uiteinde een borsteltje. Het betreft (waarschijnlijk) gereedschap voor het schoonmaken van een wapen. 4. (Militair) naaigarnituur, in witte oprolbare katoenen hoes. Aan de binnekant van het hoesje twee zwarte stempels. Eén stempel: ‘MvO 1954’, en een stempel: 'Commandant-155e Int. Basis Herstel Cie.’. Het naaigarnituur bestaat uit: -4 naalden -2 kaartjes met donkergroen handgaren -circa 30 plastic donkerbruine knopen (diverse formaten) -4 metalen bruine knopen met Nederlandse Leeuw er op afgebeeld. -1 vingerhoedje. -2 kaartjes met donkergroen woldraad. 5. Metalen blikopener. Metalen plaatje, met uitklapbaar mesje. Op het plaatje ingegraveerd: ‘Mod. Depose’, en: ‘Marie Thumas Louvain’. 6. Kleine metalen blikopener. Metalen plaatje, met uitklapbaar mesje. 7. Metalen, vierhoekig blikje met deksel. Op het deksel staat een oranje-blauw-witte opdruk met de jaartallen: 1898-1948, en de tekst; ‘Ons Hart is Bij U’, en afbeelding van een wit schildje met een rood hart. Boven het schildje staat: NiWiN (Nationale Inspanning Welzijnsverzorging Indië). 8. Grote gouden uniformknopen (4 stuks), met afbeelding van de Nederlandse Leeuw. 9. Kleine gouden uniformknopen (6 stuks), met afbeelding van de Nederlandse Leeuw. 10. Medaille met op de voorkant een afbeelding van hockeyers, en op de achterkant een afbeelding van een lauwerkrans met de tekst: '1e PR. Dual Meet. 10-9-'49' Tijdens de bezettingsjaren was Ludovicus Josephus Evert Cikot (Luc) Cikot scholier op het St. Canisius College te Nijmegen, en actief in het verzet (onbekend in welke hoedanigheid). In Juni 1944 werd Cikot lid van de Binnenlandse Strijdkrachten (BS). Bij de BS zat Cikot bij het Strijdend Gedeelte (S.G.) 3e Bataljon-13e Compagnie, ingedeeld bij het onderdeel STAF, in de functie van groepscommandant bij de administratie. Op 10 november 1944 werd Cikot opgepakt bij een razzia in Rotterdam. Vanuit Rotterdam moest Cikot, samen met zijn latere zwager Gé Olthof, naar Waddinxveen lopen. Bij aankomst aldaar in de avond, zagen ze, samen met een andere gevangene: Wout Kieboom, kans te ontsnappen. Cikot liep samen met Kieboom terug naar Rotterdam, en dook hij enkele dagen onder in Terbregge. Na de oorlog vertrok Cikot op 5 oktober 1946 als dienstplichtig militair naar Nederlands-Indië, en kwam daar op 4 november 1946 aan te Tandjong Priok. Vanaf 21 november 1947 maakte hij als luitenant bij het Regiment Uitrustingstroepen van de Koninklijke Landmacht (KL) deel uit van de T-Brigade [Tijger Brigade], in de functie van Brigade Materieel Officier (BMO). In oktober 1949 werd Cikot op eigen verzoek gedemobiliseerd. Op 29 oktober 1949 vertrok hij uit Indonesië, en arriveerde op 29 november in Rotterdam.