Poëziebundel 'Later… beter! Nooduitgave'., geschreven door Gerard den Brabander [pseudoniem van Jan ...
Poëziebundel 'Later… beter! Nooduitgave'., geschreven door Gerard den Brabander [pseudoniem van Jan Gerardus Jofriet] Gestencilde Illegale uitgave [10 pagina’s], betreffende de dichtbundel ‘Later beter! Nooduitgave Februari 1944’. Geschreven door Gerard den Brabander. Daarin circa 20 gedichten, waarvan 7 behoren tot de ‘Verzen op pleepapier’ geschreven tijdens Den Brabanders gevangenschap in de gevangenis aan de Weteringschans in Amsterdam gedurende de periode augustus-september 1944. De bundel is gebonden met een blauw stukje draad, de op de omslag een pengetekende illustratie van een tafel met daarop een lege fles, glas, krant en een prijslijst. Aan de binnenzijde van de omslag een op het schudblad een handgeschreven signatuur van Gerard den Brabander met vermelding van de datum '25 mei 1944'. Boekgegevens: auteur/pseud. Brabander, G. den (pseud. van J.G. Jofriet) illustrator Delft, H. van titel Later… beter! Nooduitgave uitgever eigen beheer techniek gestencild jaar 1944 In 1916 verhuisde het gezin van Jan Gerardus Jofriet (Den Haag, 3-6-1900 – Amsterdam, 4-2-1968) van Den Haag naar Monnickendam. Zijn vader werd koster bij de Nederlandse Hervormde kerk in Edam, en Jofriet ging op 17-jarige leeftijd bij het PTT-kantoor in Monnickendam werken. Tussen 1929 en 1930 was hij als hoofd van de postafdeling van Philips in Eindhoven alwaar hij de bijnaam, en latere pseudoniem, ‘Den Brabander’ kreeg. In 1931 trouwde Jofriet met zijn eerste echtgenote, Dina Elisabeth Visser, met wie hij twee dochters kreeg; Marianne en Yvonne. In 1932 vestigde Jofriet zich met zijn gezin in Amsterdam-Noord, waar hij een betrekking kreeg bij een PTT-kantoor. Datzelfde jaar werd zijn eerste dichtbundel “Vaart” gepubliceerd. Samen met Eduard Hoornik en Jacob van Hattum publiceerde Jofriet in 1938 de bundel “Drie op één perron”. Gedurende de bezettingsjaren bleef hij aanvankelijk bij de PTT werken, maar verliet in 1943 het bedrijf. In dat jaar vierde hij op de avond van 19 augustus thuis bij Hoornik de verschijning van het illegale blad “Tweespalt” toen de SD (Sicherheitsdienst), zoekende naar verzetsman Hans Katan, een inval deed. Jofriet werd gevangengezet in de gevangenis aan de Weteringschans in Amsterdam. In september 1943 werd hij na zeven weken vrijgelaten. Tijdens zijn gevangenschap had Jofriet op stukken wc-papier gedichten geschreven “Verzen op pleepapier”. Deze gedichten werden in februari 1944 gepubliceerd in de illegale publicatie “Later Beter! Nooduitgave”. Jofriet werd nog eenmaal opgepakt tijdens een razzia in een café in Amsterdam, en wederom na zeven weken weer vrijgelaten. Na een tijd in Zutphen en de Bommelerwaard ondergedoken te hebben gezeten keerde hij terug naar Monnickendam, alwaar hij in het laatste oorlogsjaar deel uit van een lokale verzetsgroep. Bij een inval door de Duitsers bij Jofriet thuis wist zijn echtgenote voor te wenden dat hij aan geelzucht leed. Terwijl de Duitsers het huis snel weer verlieten wist Jofriet via de tuin met een bootje naar een onderduikadres te vluchten.
- Collectie Verzetsmuseum Amsterdam
- 17518
- Literatuur, Clandestien/Illegaal
- Bommelerwaard
- Brabander, G. Den
- Monnickendam
- Zutphen
- Gevangenis, Weteringschans
- Poëzie
- Pers, Illegaal
- Hoornik, E.
- Katan, H.
- Hattum, J. Van
Bij bronnen vindt u soms teksten met termen die we tegenwoordig niet meer zouden gebruiken, omdat ze als kwetsend of uitsluitend worden ervaren.Lees meer