Direct na de landing in Normandië, deze vond op 6 juni 1944 plaats, begon de Amerikaanse luchtmacht met aanvallen op spoorwegen, stations en verkeer in de bezette gebieden

Direct na de landing in Normandië, deze vond op 6 juni 1944 plaats, begon de Amerikaanse luchtmacht met aanvallen op spoorwegen, stations en verkeer in de bezette gebieden. Treinen, vracht- en personenwagens werden een prooi voor de jagers. De tactiek van de piloten was om een trein tot stilstand te dwingen. Daarom werd er voor de locomotief geschoten. De passagiers kregen dan de gelegenheid om uit te stappen en dekking te zoeken. Helaas was dit niet altijd succesvol en stierven er vele onschuldige mensen. Met het vrachtverkeer kenden de vliegers geen mededogen. Op alles wat bewoog werd geschoten. De Duitse aanvoerlijnen moesten afgesneden worden, waardoor de Geallieerde troepen sneller op konden rukken.