Op een kantoor van het Centrale Dustributiekantoor (CDK) worden distributiebonnen verstrekt.

Op een kantoor van het Centrale Dustributiekantoor (CDK) worden distributiebonnen verstrekt. De distributie doet in Nederland al voor de Duitse inval haar intrede. Vanaf oktober 1939 is suiker alleen op de bon verkrijgbaar, in junuari 1940 gevolgd door erwten. In de eerste maanden van de bezetting worden steeds maar dagelijkse producten schaars. Burgers krijgen een distributiestamkaart, waarop wordt aangetekend welke bonnen zijn verstrekt. Er komen aparte kaarten voor textiel en tabak. Vlees, brood, boter, bloem en zeep komen in de distributie. Naarmate de oorlog vordert, verslechteren het aanbod en de kwaliteit, waardoor producten als 'regeringbrood' en 'kleizeep' hun intrede doen. In 1941, in de begintijd van het distributiesysteem, functioneert het systeem nog redelijk. In de Hongerwinter stort het systeem in elkaar.