H.J. Heijnen: Dagboek krijgsgevangenschap: 1943; 1944; 1945

Auteur was bestuursambtenaar bij de onderafdeling Oost-Ceram en Goram op de Molukken. Bij de komst van de Japanners wist hij naar Australië te ontkomen. In juli 1942 ging hij op een militaire missie naar Dobo op de Aroe-eilanden. Toen de Japanners daar eind juli landden, werd hij krijgsgevangen gemaakt en naar Ambon overgebracht. Eerst zat hij daar in Fort Nieuw-Victoria, later in Tantoei. Op 26 oktober 1942 werd hij verscheept naar het Chinese eiland Hainan. Te Hokurai werd hij te werk gesteld bij de aanleg van wegen en het onderhoud van vliegvelden. Ook moest hij straatstenen maken en werken in de haven en in de mijnen. Auteur was bestuursambtenaar bij de onderafdeling Oost-Ceram en Goram op de Molukken. Bij de komst van de Japanners wist hij naar Australië te ontkomen. In juli 1942 ging hij op een militaire missie naar Dobo op de Aroe-eilanden. Toen de Japanners daar eind juli landden, werd hij krijgsgevangen gemaakt en naar Ambon overgebracht. Eerst zat hij daar in Fort Nieuw-Victoria, later in Tantoei. Op 26 oktober 1942 werd hij verscheept naar het Chinese eiland Hainan. Te Hokurai werd hij te werk gesteld bij de aanleg van wegen en het onderhoud van vliegvelden. Ook moest hij straatstenen maken en werken in de haven en in de mijnen. Zie ook collectie 400, inv. nr. 4081: over zijn zending vanuit Australië naar en zijn werk te Dobo (Aroe-eilanden) in Juni/Juli 1942