W.A. Probst: Persoonlijke herinneringen aan de Tweede Wereldoorlog in de gemeente Tegelen
De auteur is 10 jaar oud als de oorlog begint en zoon van een sigarenhandelaar. Hij ziet de Duitsers de stad Tegelen, waar hij woont, binnentrekken en er komt prikkeldraad langs de grens. Er ontstaan in de stad, waar veel grensverkeer is, rare situaties. Duitsers die al jaren in Nederland wonen of werken, waaronder zijn vader, worden opgeroepen voor de Wehrmacht. Nederland verliest arbeidskrachten en winkels sluiten. Tijdens de slag om Arnhem is Tegelen de enige stad tussen de Maas en Duitsland die niet hoeft te evacueren.Hierdoor heeft het de oorlogshandelingen uitgebreid meegemaakt. Scholen worden gevorderd. Het ziekenhuis is bestemd voor gewonde Duitse militairen. Voor de bevolking is een noodhospitaal ingericht. Bewoners moeten in Duitsland in de oorlogsindustrie werken of graafwerk verrichten. Er zijn vee- en fietsenvorderingen, Duitse soldaten halen de winkel van zijn vader overhoop. In de kloosters in de omgeving zitten evacuees en onderduikers, die de stad zijn ontvlucht vanwege de bombardementen en in de stad zelf veel evacuees uit Venlo. Om aan voedsel te komen gaat men naar geëvacueerde dorpen, rooft kippen en konijnen. Men leeft in de kelders onder de huizen, zonder voedsel, stroom en brandstof tijdens de zware geallieerde bombardementen, waarbij doden en gewonden vallen. Lange tijd mogen ze maar 2 uur per dag naar buiten, maar als de Amerikanen op 1 maart 1945 de stad binnentrekken, kunnen ze hun vrienden en bekenden weer ontmoeten De auteur is 10 jaar oud als de oorlog begint en zoon van een sigarenhandelaar. Hij ziet de Duitsers de stad Tegelen, waar hij woont, binnentrekken en er komt prikkeldraad langs de grens. Er ontstaan in de stad, waar veel grensverkeer is, rare situaties. Duitsers die al jaren in Nederland wonen of werken, waaronder zijn vader, worden opgeroepen voor de Wehrmacht. Nederland verliest arbeidskrachten en winkels sluiten. Tijdens de slag om Arnhem is Tegelen de enige stad tussen de Maas en Duitsland die niet hoeft te evacueren.Hierdoor heeft het de oorlogshandelingen uitgebreid meegemaakt. Scholen worden gevorderd. Het ziekenhuis is bestemd voor gewonde Duitse militairen. Voor de bevolking is een noodhospitaal ingericht. Bewoners moeten in Duitsland in de oorlogsindustrie werken of graafwerk verrichten. Er zijn vee- en fietsenvorderingen, Duitse soldaten halen de winkel van zijn vader overhoop. In de kloosters in de omgeving zitten evacuees en onderduikers, die de stad zijn ontvlucht vanwege de bombardementen en in de stad zelf veel evacuees uit Venlo. Om aan voedsel te komen gaat men naar geëvacueerde dorpen, rooft kippen en konijnen. Men leeft in de kelders onder de huizen, zonder voedsel, stroom en brandstof tijdens de zware geallieerde bombardementen, waarbij doden en gewonden vallen. Lange tijd mogen ze maar 2 uur per dag naar buiten, maar als de Amerikanen op 1 maart 1945 de stad binnentrekken, kunnen ze hun vrienden en bekenden weer ontmoeten Opgenomen is een stuk over de verovering van het bruggenhoofd Blerick-Venlo (blz.17 en 18) naar een artikel van W.G.D.Driessen in het Dagblad voor Noord-Limburg d.d.3.12.'64
- Collectie 244: Europese dagboeken en egodocumenten
- Verslag (computeruitdraai)
- 1416
Bij bronnen vindt u soms teksten met termen die we tegenwoordig niet meer zouden gebruiken, omdat ze als kwetsend of uitsluitend worden ervaren.Lees meer